In ons dagelijks leven gebruiken we, wanneer we Nederlands spreken, een groot aantal Franse woorden zonder dit te beseffen. Als u even nadenkt, zijn dit niet alleen woorden zoals restaurant, plafond of trottoir; maar ook dagelijks brengen velen hun kinderen naar de crèche, stappen wij bij de chauffeur in de bus, of zitten we te werken aan ons bureau. Op zich is dit helemaal niet zo vreemd als we bedenken dat Frans de taal is die vroeger door de aristocratie werd gesproken, om op deze manier een sociaal verschil duidelijk te maken.
Tevens was het Frans jarenlang de taal waarin wetenschappers met elkaar communiceerden, werd Frans gesproken door de uit Frankrijk gevluchte protestantse Hugenoten en hadden wij een tijdje een Franse koning. Immers onze eerste koning was Lodewijk Napoleon, -hier geïnstalleerd door zijn broer- die de Nederlanders een beetje onder de duim moest houden.
Over de invloed van het Frans op het Nederlands, is een interessant onderzoek verschenen door Marie Christine Kok Escalle dat hier te lezen is Le français aux Pays-Bas (XVIIe-XIXe siècles) : de la langue du bilinguisme élitaire à une langue du plurilinguisme d’éducation (openedition.org)
Toch is het omgekeerde niet minder waar! Nederland, als zeevarende natie heeft ook zijn sporen nagelaten in de Franse taal. Het Nederlands werd en wordt bovendien gesproken in Vlaanderen, om nog maar te zwijgen van beroemde internationale kunstenaars in het verleden zoals Johannes Vermeer, die uiteraard Nederlands sprak.
Een paar opvallende woorden die op het eerste gezicht super Frans lijken maar het allerminst zijn:
Cabaret
Een plek waar mensen een drankje kunnen nuttigen terwijl ze genieten van een voorstelling. Dit woord is voor het eerst in de Franse taal verschenen in de dertiende eeuw en is afkomstig van het Middelnederlandse “caberet” oftewel “een goedkope herberg of restaurant”. Hierbij moet wel worden opgemerkt dat dit Middelnederlandse woord weer is afgeleid van het Picardische “camberete”dat klein kamertje betekent.
Bouquin
Dit woord verschijnt voor het eerst in 1459 in het boek “Romania” van Jacques Milet. De betekenis is een oud boek dat de tand des tijds heeft doorstaan. De oorsprong is het Nederlandse woord “boeckijn”, het verkleinwoord van “boeck”.
Boulevard
Hoe heerlijk is het om over de Parijse boulevards te lopen. Er is zelfs een chanson aan gewijd door de zanger Yves Montand met de titel “Les grands boulevards”. Toch zijn deze typisch brede Parijse straten helemaal niet zo Frans als hun naam doet vermoeden. Dit is een voorbeeld van een terugleenwoord. In de vijftiende eeuw betekende het woord “wal rondom een verdedigingswerk” afkomstig van het Nederlandse woord “bolwerck”. Vervolgens staat het in de Larousse van 1769 omschreven als “une large rue ou une promenade plantée de rangées d’arbres”. Dit woord hebben wij later teruggeleend met als betekenis “brede straat in een stad of langs het strand”
Mannequin
In de tijd waarin de fotografie nog niet bestond, maakten modehuizen gebruik van poppen met op schaal gemaakte kleren, om zo de laatste mode internationaal te kunnen presenteren. Ook werden deze modieus geklede poppen in etalages gebruikt. Het woord is afgeleid van het Nederlandse woord “mannekijn” of “manneke”, en verschijnt voor het eerst in de Franse taal in de vijftiende eeuw.